De Verdejo & de Garnacha druif

De Verdejo druif

De verdejo druif is  afkomstig uit het Rueda gebied (Noord-West Spanje, net onder de stad Valladolid). Hij ontleent zijn naam aan het spaanse woord ‘verde’, wat ‘groen’ betekent.

Eind vorige eeuw werd het voortbestaan van de Verdejo – en vele andere druiven – bedreigd door een zware Europese druifluis epidemie. Gelukkig heeft de druif deze overleefd en wordt de Verdejo tegenwoordig weer veelvuldig aangeplant in de omgeving van Valladolid, Segovia en Avila in het Rueda gebied, waar het de belangrijkste druivensoort is. Het klimaat is vanwege de grote temperatuurverschillen tussen dag en nacht – zeker naar Spaanse maatstaven – zeer geschikt voor het maken van de Verdejo die daardoor z’n frisse en fruitige karakter krijgt. De Verdejo wordt buiten Spanje (vrijwel) niet aangeplant.

De Verdejo druif levert in het algemeen frisse, fruitige wijnen met een mooie zuurtegraad; het aroma is uitgesproken en de smaak zacht. Zodra je een Verdejo wijn ruikt en proeft, weet je gewoon dat het een Verdejo is. In het aroma zitten meestal elementen van citrusfruit, appel, peer, bloemen en kruiden.

Verdejo wijnen worden merendeels jong gedronken, hoewel houtlagering en daardoor een langere bewaartijd tot de mogelijkheden behoort. De houtgerijpte Verdejo’s zijn (nog) rijker en complexer en bevatten zachte tonen van noot en honing.

De Garnacha druif


De Garnacha (‘Grenache Noir’ in Frankrijk) geeft lustige wijnen met ruige geuren van bosbessen, zwarte kersen, geroosterde noten, honing, peper, kruiden en specerijen. Omdat ze niet al te veel tannine of zuren hebben, kunnen ze het beste jong gedronken worden.


De Garnacha heeft een warm, droog klimaat nodig met overvloedige zonneschijn. Hij groeit in Franse en Spaanse wijngaarden langs de Middellandse Zee. Deze druif prefereert arme en droge gronden met veel kiezel, stenen. De opbrengst schommelt tussen de 25-80 hectoliter, in warme gebieden geeft hij een grotere opbrengst.


Hoog alcoholgehalte: tot wel 15%, weinig tannine en oxidatiegevoelig. Wijnen gemaakt met de Garnache druif herkennen we aan hun zeer fruitige en bijna zoete van smaak, we vinden: bramen, kers, kirsch, koffie, cacao, vijgen en wat peper ontdekken. Ze bevatten weinig zuur.


De reputatie van de Garnacha is aan het verbeteren. De donkerrode, behoorlijk alcoholische wijnen zijn aan een ware revival bezig. De vraag naar deze dieprode, complexe krachtpatsers is enorm.